De impact van datacenters op het milieu komt steeds meer onder de aandacht. En terecht, want het mondiale dataverkeer groeit explosief. Volgens Cisco gaan we dit jaar wereldwijd meer dan een zettabyte (1.000.000.000.000.000.000.000, oftewel een triljard bytes) aan data versturen. In 2019 verdubbelt die hoeveelheid data tot 2 zettabyte. Dat komt neer op ongeveer 50.000 gigabyte per seconde. Al dat dataverkeer kost natuurlijk energie, maar de échte impact op het milieu wordt veroorzaakt door de opslag van al die data.
De Belgische website Energiegids.nl berekende vorig jaar dat 20 e-mails van 1 MB per dag lezen qua milieu-impact ongeveer gelijk staat aan 1.000 kilometer per jaar met een auto rijden. En dat is dan alleen nog maar de dataopslag van e-mail. Een mooi voorbeeld dat illustreert hoe vervuilend het internet eigenlijk is. Ook steeds meer bedrijven zijn zich hiervan bewust en stellen een beleid op om hun dataopslag duurzamer te maken.
Donkergroene stroom uit lokale bronnen
Het verduurzamen van dataopslag begint volgens Paul Driessen, Commercieel Productmanager bij KPN, bij datacenters: ‘Bedrijven kiezen tegenwoordig steeds vaker voor externe plaatsing van servers en data in een datacenter. Dat is veel veiliger, betrouwbaarder en in een aantal gevallen onder de streep ook goedkoper. Maar servers, datamanagement en netwerkapparatuur kosten energie. Veel energie. Alleen al voor onze 10 datacenters in Nederland loopt de energierekening in de ‘tonnen per maand’. Je kunt je wel voorstellen dat dit om grote hoeveelheden elektriciteit gaat. Daarom kiezen wij bij KPN voor 100% donkergroene stroom. Dat is groene stroom die volledig lokaal is opgewekt. In ons geval door het Prinses Amaliawindpark op de Noordzee en de BioGolden Raand Centrale, de grootste en efficiëntste bio-energiecentrale van de Benelux. Door zo weloverwogen voor donkergroene stroom te kiezen, verkleinen we de impact van onze datacenters aanzienlijk. Dat vinden wij niet alleen belangrijk, maar veel van onze klanten kiezen daardoor ook bewust voor ons.’
Een afvalstof als grondstof
Daarnaast is de koeling van datacenters een één van de grote stroomverbruikers binnen een datacenter en daarom van groot belang als we kijken naar de duurzaamheid van datacenters. Paul: ‘Datacenters hebben feitelijk maar 1 ‘afvalproduct’, en dat is restwarmte. Maar deze warmte is ook een grondstof. Ons nieuwste datacenter op de High Tech Campus in Eindhoven is daarom zo gebouwd dat we de volledige campus verwarmen met onze restwarmte. Dat gebeurt met een energie-uitwisselring. Wij geven warmte af aan de campus, en krijgen daar kou voor terug. De warmte die de campus niet direct nodig heeft, slaan we in samenwerking met Brabant Water op in ondergrondse natuurlijke waterbronnen. Daarnaast is het datacenter volledig volgens cradle-to-cradleprincipes gebouwd, wat ons de ICT Milieu Award heeft opgeleverd.’
Duurzame ambities
KPN wil bij meerdere datacenters in Nederland restwarmte gebruiken als grondstof. Zo zijn ze op dit moment al met concrete plannen bezig in Aalsmeer, vertelt Paul: ‘Met ons datacenter in Aalsmeer willen we bijvoorbeeld een school, een zwembad en zelfs de bloemenveiling gaan verwarmen. Een datacenter is feitelijk een ontzettend betrouwbare kachel. De servers en systemen draaien altijd, dus is de output van warmte heel constant. Wij zijn al geruime tijd bezig met het onderzoeken op welke wijze wij de restwarmte kunnen hergebruiken en we zien ook echt dat de interesse vanuit de markt groeit, zowel publiek als privaat. Dat is mooi, want dit soort initiatieven zijn uitermate belangrijk voor de positie van Nederland als duurzame digitale delta.’
Meer weten?
Meer informatie over de datacenters van KPN.
